Laatste nachtdienst. Met door lieve J gemaakte chocolade fudge in het vooruitzicht moet het wel goedkomen. We hebben naast de reguliere zaterdag nachtdienst een burger actie. En nee dat heeft niets te maken met de veel te lekkere burgertent naast het bureau. Het is een actie waarbij er veel collega’s undercover in ons werkgebied zijn en zoveel mogelijk dealers (van echte drugs en ‘nepdope’) , zakkenrollers en ander geboefte van straat halen. Het team is genoemd naar een van de collega’s die ooit met de actie begonnen was en tot groot verdriet na een lange tijd keihard vechten dit jaar is overleden.
Na de gewone briefing blijven de collega’s die met de burgeractie meedoen nog even zitten voor een extra briefing. Niet veel later is iedereen buiten. Het mooie van in burger werken is dat het soms net acteren is. Kijken als politie maar eruit zien en je gedragen alsof je dat niet bent. Gewoon in het normale straatleven passen zonder op te vallen is nog echt een vak apart als je wilt kijken met politie-ogen.
Er zijn collega’s die lijken het te hebben uitgevonden en verbeterd zo goed zijn ze erin. Het is een kwestie van oefenen, de kunst afkijken van anderen, heel veel geduld hebben en creatief zijn. Zo loopt een van m’n maatjes regelmatig met een (leeg) blikje bier over de wallen. Met blikje val je een stuk minder uit de toon in de late uurtjes.
(Ook een voordeel van in burger werken: Je kan rustig een zak snoep leegbunkeren zonder schaamtegevoel terwijl je iemand volgt. Niemand die op of om kijkt. Of huppelend over straat, of dansjes doen en liedjes zingend, in Amsterdam kan alles.)
Een van mijn favoriete outfits voor in de late uurtjes van de nacht is een veel te groot oud verwassen grijs joggingpak. M’n haar door de war en voor m’n ogen, slenterend op oude sneakers en een grote sjaal omgeknoopt. Niemand de me herkend, voor politie aanziet of aandacht aan me besteed. En als ik een situatie van dichtbij wil bekijken laat ik me gewoon ergens tussen een fietsenrek of op een trapje neerploffen.
Of doe ik alsof ik bij een vuilnisbak rondhang. Als ik dat zou doen terwijl ik er fancy uitzie op dure schoenen en met een mooie jas aan valt het op. Terwijl die fancy outfit in een andere situatie misschien weer beter werkt. Bijvoorbeeld tussen het winkelende publiek op zaterdagmiddag in de Bijenkorf. Dan valt de zwerver-look juist uit de toon.
Deze nachtdienst is m’n outfit vooral praktisch. Dat is ook nodig want je moet natuurlijk wel je handboeien, vuurwapen, pepperspray, portofoon en dergelijk meeslepen. Maar na m’n vakantie was ik een beetje onvoorbereid.
Als ik in de spiegel kijk lijkt het alsof ik een beetje uit proportie ben. Maarja, pepperspray en handboeien en vuurwapen verstopt. Allemaal rond buik/broeksband hoogte slankt nou eenmaal niet af. Maar goed, werken is geen modeshow het werkt wel. Al snel zit ik binnen met een dealer die op straat aan toeristen “Charly” probeert te verkopen.
Charly is een van de vele woorden die ze gebruiken voor cocaïne. Ze pikken feilloos de toeristen eruit die niet naar Amsterdam zijn gekomen voor het Van Gogh museum om het maar subtiel te zeggen.. Seks, drugs en de hele nacht zuipen is hun idee van Amsterdam. Zonde als je het mij vraagt. Er is zoveel moois. Maar goed. Omdat de dienst nog relatief vroeg is wil ik niet zelf de verdachte aanhouden midden op de Oudezijds Achterburgwal. Dan gaat het verhaal wel heel erg snel dat er veel burgerpersoneel aan het werk is. Twee collega’s op de fiets houden de verdachte aan. Regelmatig als hij aangehouden wordt schreeuwt hij de hele straat bij elkaar. Ook deze keer schreeuwt ie naar iedereen die het maar horen wil dat hij onschuldig is. Yeah yeah… en ik werk bij de Efteling.
Na het papierwerk gooi ik m’n eten in de magnetron en komt J met haar zelfgemaakte fudge langs. Beste toetje mogelijk!
Weer buiten volg ik een tijdje een paar vermoedelijke zakkenrollers, ze lijken niet ‘actief’ op zoek naar een slachtoffer en ik hoor over de portofoon dat er via de camera wordt gezien dat er vermoedelijke een deal gaat plaatsvinden bij de Nieuwmarkt. Ik sluit aan om te ondersteunen en praat later met ‘de koper’. We noemen dat “een verklaring halen”. Daarna snel door naar weer een paar vermoedelijke zakkenrollers. Hun gedrag valt op bij de collega die binnen niet alleen de burger actie in goede banen leidt maar ook via de camera’s mee speurt.
Ik loopt met collega I die kant op, we waren er al praktisch om de hoek en als we de bocht om gaan worden we meteen overdreven enthousiast gedag geknuffeld door de vermoedelijke zakkenrollers. Dit overdreven amicale gedrag is een van de vele trucs die zakkenrollers gebruiken, knuffelen, omhelzen, highfiven (ennn weg is je dure horloge) I en ik zijn meteen extra alert. Ze willen selfies met ons maken. Wij laten het allemaal toe. Ondertussen worden I’s zakken afgetast. Ik word geknuffeld en krijg meerdere keren een kus op mijn wang van de zakkenrollers. Blegh. Over de portofoon in m’n oortje hoor ik enthousiast dat er op de camera wordt meegekeken “Ze proberen I en Lieke te rollen jongens! Even wat meer collega’s die kant op zodat ze niet wegkomen met de eventuele buit”
Een van de mogelijke zakkenrollers wil nog een foto met mij en geeft zijn telefoon aan z’n vriend. Ik krijg wederom een kus op m’n wang EN er wordt aan m’n wang gelikt. Ik walgde al van dat gekus op m’n wang maar nu ga ik ongeveer over m’n nek van smerigheid en ik zeg in het Nederlands tegen I vol verontwaardiging “Die klootzak heeft aan m’n wang gelikt! Gadver gadverdamme!!” “Alles voor de zaak Liek!” “Nou inderdaad ik hoop verdomme dat we ze kunnen pakken” als ze weg zijn zegt I dat hij helemaal is afgetast maar al zijn spullen nog heeft. Ik zie dat ze mijn tasje hebben opengeritst. Daar zit mijn dienst telefoon nog in. Wat relatief logisch is want die past er maar net in en pak je er niet supersnel uit omdat hij dus bijna klem zit. Snel geven we alles portofonisch door en ondanks dat ik bijna nog nooit zoiets smerigs heb meegemaakt tijdens de dienst en ik niets liever wil dan m’n gezicht wassen met zeep gaan we toch weer achter de zakkenrollers aan. Driedubbel gemotiveerd nu. Die wanglikkende zakkenrollers mogen niet wegkomen, we willen heel HEEL graag een heterdaadje.
Nog geen vijf minuten later slaan ze hun slag in een steegje op de Wallen. Maatje S, ook in burger, staat er vlakbij en I en ik ietsje verderop. We zien eerst het over- amicale gedrag en kort erna de ons welbekende voetbaltruc.
Tijdens de zogenaamde voetbaltruc waarbij de zakkenroller met zijn voet tussen de benen van de toerist haakt en hem een beetje speels uit balans brengt (afleiding) wordt de portemonnee van de toerist uit zijn zak gevist. Door het toch al vele lichamelijke contact wat de zakkenroller maakt tijdens die voetbal truc hebben vele slachtoffers pas door dat ze iets kwijt zijn als de zakkenrollers al lang en breed weg zijn. Uiteraard kiezen zakkenrollers hun slachtoffers meestal kieskeurig uit. Stomdronken of op een andere manier weerloos bijvoorbeeld.
Deze jongens hebben het echter kort erop door. Ze rennen richting de weggelopen zakkenrollers. Wij rennen er achteraan.
Dan gaat het snel, het zakkenrollers duo eindigt gestrekt op de Oudezijds Voorburgwal met hun steelgrage handjes in de boeien. Een van de twee probeert nog de portemonnee weg te schoppen het water in en denkt het geld weg te kunnen stoppen in zijn onderbroek. Collega’s op de fiets zijn hem gelukkig te snel af.
De zojuist gerolde toerist is door het dolle heen als ik hem vertel dat we van de politie zijn en de zakkenrollers zijn aangehouden. Hij baalde als een stekker want hij had per ongeluk 500 euro opgenomen in plaats van 50 en dacht dit allemaal kwijt te zijn. Als we de 500 euro aantreffen en de pasjes in de portemonnee op naam van de toerist zien kunnen we hem het goede nieuws vertellen. Hij gaat dan ook graag mee naar het bureau voor het doen van aangifte.
Op het bureau ren ik naar de toilet. Ik was m’n hele gezicht met water en handzeep. Die vieze zakkenroller had tenslotte aan mijn wang gelikt en ik voelde me echt smerig.
Ik bel een piket Officier van Justitie zijn bedje uit. We moeten namelijk na het opnemen van de aangifte van de toerist ook officieel toestemming krijgen van een Officier van Justitie om het geld terug te geven aan hem. Ik vertel het verhaal in het kort. Slaperig zegt hij: “Hartstikke mooie zaak, geef het geld maar terug hoor!”
Wij blij, toerist blij, zakkenrollers minder blij. Ook treffen we nog een gestolen telefoon aan. Vermoedelijke eerdere buit. Die krijgt ie in ieder geval niet meer terug en wordt door de collega’s van de recherche onderzoek naar gedaan. (Later hoorde ik dat deze telefoon terug is bij de rechtmatige eigenaar!)
Tegen het einde van de nachtdienst is schriftelijk werk alles behalve een feestje. Ik typ zinnen die ik bij teruglezen zelf niet eens begrijp, laat staan een rechter die het toch echt van ons verbaal moet hebben. Tig keer teruglezen en veranderen. Ondertussen gaat I als een trein door de rest van de afhandeling heen. We hebben de grootste lol om de foto’s die de zakkenrollers gemaakt hebben. Op een probeer ik nog mijn best te doen te lachen, maar nadat die smeerlap aan mijn wang likte druipt op de foto de walging toch wel echt heel duidelijk van mijn gezicht. Foto’s worden bij het dossier gevoegd en bij deze blog.
Nu ik weer fris en fruitig ben (ahum) kan ik er heel hard om lachen en is het typisch politie. “Wat je al niet over hebt om de zakkenroller aan te houden”
Helemaal omdat ik het “toeliet” in de hoop dat we ze konden aanhouden voor een voltooide zakkenrollerij. Mission accomplished.